De Denali is gelegen in Alaska en is met zijn 6194 m. de hoogste berg in Noord-Amerika.
De betekenis van Denali is "de Hoge". Dit is in de taal van de Athabasken, de oorspronkelijke bewoners van het noorden van Amerika.
Deze naam is door de staat Alaska officieel erkend. De Denali ligt midden in het Denali National Park. Voorheen heette de Denali Mount McKinley. De berg was vernoemd naar de vroegere Amerikaanse president William McKinley.
De ontdekkingsreiziger en arts Frederik Cook claimde in 1903 dat hij als eerste de top van de Denali had beklommen. Maar uit foto's en verslagen bleek dat hij op een lagere bergtop was geweest. De eerste officiële beklimming was op 7 juni 1913 door een groep onder leiding van Hudson Stuck. Barbara Wasburn was de eerste vrouw die op de top van de Denali stond. Dat was in 1947.President Obama heeft in augustus 2015 Mount McKinley zijn oorspronkelijke naam teruggegeven. Vanaf nu heet de hoogste berg van Noord-Amerika weer Denali.
Reisverslag
Denali is "de Hoge" in de taal van de Athabasken
In mei 2017 ben ik voor de tweede keer naar de Denali gegaan. Dit keer met Mountain Trip. De groep bestond uit Shaun, Eric en Paul uit de VS en Carsten uit Duitsland. Onze gidsen Josh, James en Logan kwamen ook uit de VS. Â
Met een klein vliegtuigje vloog ik van Talkeetna naar Kahiltna International Airport (Base Camp). De 100 km. lange vlucht duurt ongeveer 30 minuten. Het uitzicht is magnifiek: rivieren, toendra's en prachtige bergen. De 'landingsbaan' is de gletsjer. Het vliegtuigje gaat alleen met redelijk weer. Het Base Camp ligt op zo'n 2200 m. We lopen aan touw omdat we over een gletsjer lopen en spleten niet altijd zichtbaar zijn. Hoewel ik vroeg in het seizoen was, wil dat nog niet zeggen dat sneeuwbruggen het houden.
Op deze berg draag je alles zelf. Je hebt een zware rugzak (25 kg) en de rest van je bagage neem je mee op een slee. Dit zal ook zo’n 25 kg. zijn. Tevens moet je hier zelf je tenten opzetten. Mannen en vrouwen dragen hetzelfde gewicht. Ze zijn er wel heel erg geĂ«mancipeerd. Als je zelf niet ze zwaar bent, draag je relatief meer.Â
Mijn voorbereiding op deze expeditie was helaas niet zoals ik in gedachten had. In december overleed mijn lieve vader. Dat heeft mij diep geraakt. Daarnaast moest ik in februari nog een operatie ondergaan en kreeg daarna een fikse griep. Drie weken voor vertrek verzwikte ik mijn enkel nog. Â De geweldige groep en dan met name Shaun, heeft mij steeds in mijn kracht gezet en gezorgd dat ik, ondanks de zware fysieke inspanning, toch ontzettend genoten heb van deze reis.
Deze expeditie kenmerkte zich door een leuk team (zeven mannen en ik 🙂 ) maar vooral door extreme koude ( -35 graden op 4200 m., overdag zonder de windfactor), veel sneeuwval en veel wind. Deze extreem lage temperatuur is zeer uitzonderlijk voor mei.
Ik ben één kamp hoger gekomen dan de vorige keer. De route van kamp drie naar het hoogtekamp (laatste kamp voor de top) is behoorlijk geëxponeerd. Er zijn passages die1 ½ voet breed zijn met aan weerszijden behoorlijke dieptes. Daar kan je alleen lopen als het niet te hard waait.
Vanuit het hoogtekamp (5200 m.) is het nog zo’n 12 uur naar de top en terug. We stonden in de startblokken om te gaan toen de gids aangaf dat we zeer snel ons kamp moesten opbreken en afdalen.
Dit omdat er een storm op komst was en de dag daarna er een meter sneeuw zou vallen. Alle expedities verlieten het hoogtekamp. Wij zijn die dag (en nacht) afgedaald naar 2200m. om daar het vliegtuigje te nemen naar de bewoonde wereld.
Er was haast bij omdat de vliegtuigjes niet vliegen bij te harde wind en/of veel sneeuw. Dat kan betekenen dat je lang vastzit op een bepaalde plek.
Zo dichtbij de top en dan niet naar boven kunnen is meer dan balen.
Het was een slecht jaar op Denali met veel sneeuw, vaak harde wind en extreem lage temperaturen. Slechts 36% van de klimmers heeft de top gehaald. Dat is het op Ă©Ă©n na laagste topsucces sinds 2000.
Voor een uitgebreid reisverslag verwijs ik naar Denali 2015. De expedities in 2015 en 2017 verliepen tot de Top of the Headwall min of meer hetzelfde.
De routes op de Denali
Er zijn meer dan 30 klimroutes op de Denali,
onder andere:
- De Cassin Ridge
- De West Rib
- Muldrow
- De West Buttress route
80-90% van de klimmers gaat via de West Buttress route.
Via de West Buttress Route hoop ik op de top van de Denali te komen
1: Van Base Camp naar Ski Hill (2375 m.)
- Hoogteverschil: 175 m
- Lengte: 9 km.
- Stijgtijd: 3 - 4 uur
Omdat er op dit stuk veel spleten zijn, gaan we aan touw. We zullen met een volledige bepakking naar Ski Hill gaan. We lopen op sneeuwschoenen omdat we anders te diep in de sneeuw zakken. Het eerste stuk gaat naar beneden: dat stuk wordt ook wel Heartbreak Hill genoemd omdat de slee vaak niet doet wat je wilt en omdat het daar erg warm kan worden. Op de terugweg moet je het laatste stukje nog omhoog en dat valt dan niet mee.
2: Van Ski Hill naar Kahiltna Pas (2950 m.)
- Hoogteverschil: 575 m.
- Lengte: 4 km.
- Stijgtijd: 2 - 5 uur
Ook Ski Hill heeft een bijnaam, te weten Ski Hell. De afstand van 4 km . is niet het probleem maar het hoogteverschil overwinnen met de zware slee. Vele klimmers kiezen er daarom voor om eerst een deel van de bagage mee te nemen en die bagage achter te laten boven op de pas. Er moet een diep gat gegraven worden waarin we de bagage achterlaten. Dit gat wordt dichtgemaakt omdat anders de vogels alles stuk prikken. Met een stokje markeren we waar onze bagage ligt. Vervolgens dalen we dan weer af naar Ski Hill om de volgende dag weer omhoog te gaan. De wind op de pas kan enorm zijn, vandaar dat je een muur van sneeuwblokken rondom de tent moet zetten.
3: Van Kahiltna Pas naar Motorcycle Hill (3350 m.)
- Hoogteverschil: 400 m.
- Lengte: 3 km.
- Stijgtijd: 2 - 4 uur
De hoogte gaat nu een rol spelen en maakt het zwaarder. Omdat veel expedities hier een dag of drie vertoeven, is dit een drukke plek. Vanuit hier zullen we bagage richting Windy Corner (4040 m.) brengen en vervolgens weer afdalen naar Motorcycle Hill. Als we geluk hebben kunnen we de zon in het Noorden zien zakken (het wordt bijna niet meer donker) wat een prachtig lichteffect heeft op de meren in het laagland van Alaska.
4: Van Motorcycle Hill naar Basin Camp (4330 m.)
- Hoogteverschil: 980 m.
- Lengte: 5 km.
- Stijgtijd: 4 - 8 uur
De naam Motorcycle Hill is ontstaan doordat het terrein als maar steiler wordt totdat de wand zo steil is dat je er bijna vanaf valt. Ze hebben hier de relatie gezien met de motorcross.
Vanaf nu gaan de stijgijzers onder omdat het echt steil zal worden. Als het helder en windstil is, zal dit een zeer warme klim worden. Als het weer slecht is, dan is het hier zeer slecht vertoeven. Windy Corner is dan een windtunnel die enorme stormen kan veroorzaken waarbij je je met moeite staande kunt houden. In dit gedeelte zijn veel spleten. De meeste groepen gaan weer naar beneden om een nacht door te brengen in Motorcycle Hill Camp. Dit in verband met de acclimatisatie. Vanaf Basin Camp heb je een prachtig zicht op Mount Foraker.
5: Van Basin Camp naar High Camp (5245 m.)
- Hoogteverschil: 915 m.
- Lengte: 3 km.
- Stijgtijd: 3 - 8 uur
De eerste keer brengen we materiaal naar 4900 m. en gaan vervolgens weer naar Basin Camp.
De Headwall is erg steil, soms wel 50 graden. Hier zijn vaste touwen geplaatst. Van de bovenkant van de Headwall naar High Camp is slechts 1 km. maar kan veel tijd kosten. Bij High Camp aangekomen moeten de tenten opgezet worden en weer muren gebouwd worden van sneeuwblokken i.v.m. de harde wind. De spullen die bij Headwall liggen moeten ook nog opgehaald worden.
6: Van High Camp naar de top (6194 m.)
- Hoogteverschil: 950 m.
- Lengte: 4 km.
- Stijgtijd: 10 - 14 uur
Een lange maar mooie dag moet dit worden met steile smalle stukken. Ook bij mooi weer zal het op de top erg koud zijn: - 30 graden of kouder. Dus wanten aan houden! Als je na veel uren lopen/klimmen op de top staat met magnifiek uitzicht, dan weet je weer waarvoor je het doet.
7: Terug naar Basecamp (2200 m.)
- Hoogteverschil: 4000 m.
- Lengte: 28 km.
- Daaltijd: 2 - 4 dagen
Lectuur:
- Denali/Mount McKinley Summit of North America (Harry Kikstra)
- Mountaineering in Denali National Park and Preserve (Denali Mountaineering Staff and Medical Advisors)
We dalen voorzichtig af. Het is van groot belang om geconcentreerd te blijven. Afhankelijk van de vermoeidheid slapen we nog Ă©Ă©n nacht in het High Camp of, als we ons goed genoeg voelen, breken we de tenten in High Camp op en lopen we door naar Basin Camp.
Op en neer.
Net als bij de beklimming van de Mount Everest, ga je niet in Ă©Ă©n keer naar de top maar ga je op en neer. Dit heeft te maken met de acclimatisatie*: hoog klimmen en lager slapen, en met het verkennen van de route. Bij de Denali is er nog een ander argument, namelijk het in delen naar boven brengen van de expeditie-spullen. Je kunt beter twee keer een gewicht van 20 kg. dragen/slepen dan in Ă©Ă©n keer 40 kg.
* zie voor meer informatie over hoogteziekte/acclimatisatie: De pagina Gezondheid / materiaal. De informatie over gezondheid, training en materiaal is ook van toepassing bij de Denali.
Lectuur:Â
- Denali/Mount McKinley Summit of North America (Harry Kikstra)
Het klimseizoen.
Het klimseizoen loopt van mei tot en met juli. Lagere minimum temperaturen en een harde noordwesten wind, komt voornamelijk in de maand mei voor. Begin mei kan het op zo'n 600m. nog 10 graden vriezen. Het voordeel van klimmen in mei is dat de sneeuwcondities beter zijn en het er minder druk is. Later in juni en juli is het warmer maar instabieler.
Later in juli wordt het op de gletsjer gevaarlijker omdat de sneeuwbruggen smelten en doordat het weer guur wordt met hevige sneeuwval met mogelijke lawines tot gevolg.
Het is niet te voorspellen of mei, juni of juli de beste maand is om te klimmen. Geluk wat betreft het weer speelt een belangrijke rol. Voldoende tijd, eten en brandstof om de stormen te kunnen uitzitten in je tent, zal de kans op het behalen van de top doen vergroten.
Lectuur:
- Denali's West Buttress , A climber's guide to Mount McKinley's Classic route (Colby Coombs)